De verzameling van middellange leerredes 3


De laatste vijftig leerredes (Uparipaṇṇāsa)

Breet, Jan de & Janssen, Rob


categorieën:   Theravada / Pali-canon
isbn: 9789056701093
uitvoering: Gebonden met stofomslag
aantal pagina's: 464
druk: 1
vertaler: Jan de Breet & Rob Janssen
verschijningsdatum: 24 okt 2005
eerste uitgave: Majjhima-Nikaya (101-152)
status:  Leverbaar
prijs: € 34,95

Dit boek bevat een integrale vertaling van het derde deel van de Majjhima-Nikāya (MN), ‘De verzameling van middellange leerredes’ van de Boeddha. De Majjhima-Nikāya is in de traditionele telling – na de Dīgha-Nikāya – de tweede verzameling (nikāya) van de Sutta-Piṭaka: de ‘mand’ (piṭaka) van leerredes (sutta’s) die aan de historische Boeddha en zijn belangrijkste leerlingen worden toegeschreven. Deze verzameling maakt deel uit van de Pali-Canon en vormt samen met de Vinaya-Piṭaka (de ‘mand’ van de orderegels) en de Abhidhamma-Piṭaka (de ‘mand’ met scholastieke teksten) het corpus van gewijde geschriften van de Theravāda. Deze Pali-Canon of Tipiṭaka (‘drie manden’) bevat de oudste bewaard gebleven geschriften van de boeddhistische traditie.

De Majjhima-Nikāya bevat 152 ‘middellange’ leerredes van de Boeddha en is vooral gericht op de gemeenschap van boeddhisten en laat met name nieuwe bekeerlingen kennismaken met de grondslagen van de Leer en de boeddhistische praktijk.

 

Dit deel (Uparipaṇṇāsa) bevat de laatste 52 leerredes (sutta’s 101-152), die ingedeeld zijn in vier hoofdstukken (vagga’s) van tien en één van twaalf. In dit deel zijn meer sutta’s van een latere datum opgenomen dan in de vorige twee delen.

NBD | Biblion 8 juni 2010

Dit elfde deel uit de even verzorgde als deskundige 'Klassieke tekstbibliotheek' bevat het derde en laatste deel van de integraal uit het Pali vertaalde Majjhima-Nikaya ofwel middellange sutta's of leerredes, waarvan de meeste aan de Boeddha zelf toegeschreven worden. Ondanks latere redigeringen (zoals de toevoeging van varianten en interpretaties) betreft het een heuse brontekst die veel secundaire literatuur pas echt begrijpelijk maakt. In dit deel komen de leerredes met nummer honderdeneen tot en met honderdtweeenvijftig aan de orde. Het accent ligt ook hier niet zozeer op de verhalende elementen, maar bijna helemaal op de filosofische uiteenzetting van de boeddhistische leer (over onder meer karma, de zes zintuiglijke sferen en de vier edele waarheden) en de praktische beoefening van meditatie. Met net als in de vorige delen verklarende aantekeningen, registers (begrippen, namen, gelijkenissen), appendixen (met onder andere zwart-witfoto's van een Birmees palmbladmanuscript uit het Pali). Onafhankelijk van de andere delen te lezen door de meer in het boeddhisme ingevoerde lezers.

(Biblion recensie, J. Hodenius)

Login of registreer om een recensie toe te voegen.